Collega Jaap van der Meer heeft in de blog van mei 2019 aandacht besteed aan de kosten van een procedure. Daarin was te lezen, dat die kosten met name bestaan uit het verschuldigde griffierecht en de kosten van de advocaat. Daarna heeft Collega Mark Schollen in de blog van juni 2019 uitgelegd hoe het zit met de vergoeding van de buitengerechtelijke kosten die je hebt gemaakt als je een zaak wint. Maar hoe zit het met het betaalde griffierecht en de gemaakte advocaatkosten? Kun je die ook vergoed krijgen als je een zaak wint?

Vordering van proces- en beslagkosten
Naast het vorderen van schadevergoeding (wegens wanprestatie of onrechtmatige daad) heeft de schuldeiser onder omstandigheden ook recht op vergoeding van de buitengerechtelijke kosten die je hebt gemaakt, legde Mark uit. Daarnaast heeft een schuldeiser – bij toewijzing van zijn of haar vordering – recht op vergoeding van de proces- en eventueel de beslagkosten.

Wettelijk systeem
De wet bepaalt in artikel 237 van het Wetboek van Rechtsvordering (Rv) dat de partij die een procedure verliest in de kosten van de procedure wordt veroordeeld. In de praktijk kan het zo zijn dat een vordering van een schuldeiser niet volledig wordt toegewezen, maar bijvoorbeeld maar gedeeltelijk. In dat geval wordt de partij die grotendeels verliest in de proceskosten veroordeeld. Als een vordering voor (ongeveer) de helft wordt toegewezen, beslist de rechter soms ook, dat elke partij zijn eigen proceskosten moet dragen.

Onder de proceskosten wordt (kort gezegd) verstaan: het betaalde griffierecht en de gemaakte advocaatkosten. Als je voorafgaand ook nog beslag hebt gelegd (om verhaal van je vordering veilig te stellen), kun je ook vorderen om de daarvoor gemaakte kosten (bijv. van het griffierecht en de kosten van de deurwaarder) vergoed te krijgen.

In Nederland worden de proceskosten in civiele zaken in beginsel echter niet volledig vergoed. We kennen namelijk het zogenaamde “liquidatietarief”. Dat betekent dat de advocaatkosten forfaitair worden bepaald aan de hand van een puntensysteem. Een schuldeiser kan dus niet zijn of haar daadwerkelijk gemaakte (en betaalde) advocaatkosten vergoed krijgen. De rechter berekent het bedrag dat voor vergoeding in aanmerking komt via het liquidatietarief.

De hoogte is afhankelijk van het aantal en soort procesverrichtingen en daarnaast van de hoogte van de vordering. In de praktijk is de door de rechter berekende vergoeding eigenlijk altijd lager dan de daadwerkelijk aan de advocaat betaalde facturen. Een deel van de kosten van de procedure zal dus feitelijk altijd voor eigen rekening zijn. Het betaalde griffierecht wordt wel altijd volledig vergoed. Datzelfde geldt in beginsel voor gemaakte deurwaarderskosten, mits daarvoor de wettelijk vastgestelde tarieven zijn berekend.

Ten aanzien van de beslagkosten geldt een soortgelijk systeem. Het gemaakte griffierecht en deurwaarderskosten komen in beginsel volledig voor vergoeding in aanmerking, maar de advocaatkosten worden volgens het liquidatietarief forfaitair vastgesteld.

Uitzonderingen
Op het voorgaande bestaan wel twee uitzonderingen. Ten eerste kan tussen (zakelijke) partijen zijn overeengekomen dat de partij die in het ongelijk wordt gesteld de volledige advocaatkosten moet voldoen. Dat is dan dus contractueel overeengekomen. Dat mag, omdat de wettelijke regeling van de vergoeding van de proceskosten via het liquidatietarief niet dwingend is voorschreven. Dat betekent dat er contractueel van mag worden afgeweken.

Ten tweede heeft de Hoge Raad in 2012 beslist dat in buitengewone omstandigheden denkbaar is dat een volledige vergoeding van de proceskosten wordt toegewezen, bijvoorbeeld als er sprake is van misbruik van procesrecht en onrechtmatige daad. Daarvan is volgens de Hoge Raad pas sprake als het instellen van de vordering, gelet op de evidente ongegrondheid ervan, in verband met de betrokken belangen van de wederpartij achterwege had behoren te blijven. Hiervan kan pas sprake zijn als eiser zijn vordering baseert op feiten en omstandigheden waarvan hij de onjuistheid kende dan wel behoorde te kennen of op stellingen waarvan hij op voorhand moest begrijpen dat deze geen kans van slagen hadden.

Conclusie
Weliswaar heb je als winnende partij bij een procedure recht op vergoeding van de gemaakte proces- en beslagkosten, maar helaas is dat in Nederland ten aanzien van de advocaatkosten meestal beperkt tot forfaitair vastgestelde bedragen (het liquidatietarief). Bij de overweging om wel of niet een procedure te starten, is het goed om dit in het achterhoofd te houden en mee te nemen bij de afweging om al dan niet een schikking te treffen om een procedure te voorkomen.